Afhankelijk van regelgeving en de energiemarkt kunnen zich verschillende situaties voordoen waarin PPA’s een voordelige en stabiele vorm van energietoevoer of -afname zijn. Bent u ontwikkelaar of eigenaar van een PV-installatie of windpark? Dan heeft u een partij nodig die de opgewekte stroom afneemt. Of bent u een grootverbruiker die graag groene stroom beleverd krijgt aan een interessant tarief? Dan kan u ervoor kiezen om een overeenkomst te sluiten met een producent van hernieuwbare energie, al dan niet met een tussenpartij die processen zoals programmaverantwoordelijkheid op zich neemt.
Vaak vereist de financiële instelling die de lening voorziet voor de ontwikkeling van een zonne- of windpark, dat een PPA met een kredietwaardige afnemer kan voorgelegd worden. Afhankelijk van de grootte van het park en de looptijd van de
SDE+ subsidie, zal zij bepaalde voorwaarden opleggen aan de afspraken over de risico’s en de duur van de PPA. Voor projecten die door de eigenaar zelf gefinancierd worden is er volledige vrijheid om de afnameovereenkomst af te stemmen op de noden en wensen van beide partijen.
De grote verscheidenheid aan mogelijke contractuele regelingen maakt het moeilijk om de verschillende soorten PPA's te definiëren. We bespreken hier de meest gangbare soorten stroomafnamecontracten. Enerzijds kan er een onderscheid gemaakt worden op basis van de afnemer van de opgewekte stroom (corporate versus merchant), en anderzijds kan men een onderscheid maken op basis van of de stroom al dan niet fysiek of virtueel geleverd wordt (physical versus virtual).
Exploitanten van installaties voor hernieuwbare energie sluiten PPA's ofwel bilateraal met een (groot-)verbruiker ("Corporate PPA") of met een elektriciteitshandelaar die de geproduceerde elektriciteit op zijn beurt doorverkoopt ("Merchant PPA"). Ofwel doet hij dat aan een bepaalde elektriciteitsverbruiker (waardoor het contract weer een "Corporate PPA" wordt) of verhandelt hij de stroom op de elektriciteitsbeurs.
De Corporate PPA is internationaal aan een opmars bezig. Bedrijven zoals Google en Apple engageren zich om hun datacenters op deze manier van groene stroom te voorzien. Beweegredenen hiervoor zijn stabiele en dus berekenbare elektriciteitsprijzen, en het opblinken van hun ecologisch en innovatief imago. In Nederland is het nog even wachten op een doorbraak: de meeste parken zijn op zoek naar een afnemer voor 10 tot 15 jaar (de duur van de SDE+ subsidie), wat voor een bedrijf een erg lang inkoopcontract is. Toch kan men verwachten dat het aantal corporate PPA’s de komende jaren zal groeien dankzij de stijgende interesse bij bedrijven in groene stroom opgewekt in eigen land.
Ofwel wordt de opgewekte stroom fysiek geleverd bij de afnemer, wat inhoudt dat de stroom in de balanceringsgroep van de afnemer terecht komt, ofwel is de transactie louter financieel of ‘virtueel’. In dat laatste geval komt de stroom niet bij de afnemer terecht, maar in de balanceringsgroep van de programmaverantwoordelijke van de productiesite, terwijl de volumes financieel vereffend worden tussen de PPA-partijen.
Er zijn drie soorten fysieke PPA's, waarbinnen sommige overlap hebben. Een gemeenschappelijke factor is dat binnen deze PPA’s een vaste hoeveelheid elektriciteit wordt verkocht en geleverd. Het verschil zit in de manier waarop elektriciteit geleverd wordt.
Bij een on-site PPA is er sprake van een directe fysieke levering van elektriciteit zonder van het publieke elektriciteitsnet gebruik te maken. De installatie voor energieproductie bevindt zich in dit geval achter het meetpunt van de consument, dat wil zeggen bijvoorbeeld op het bedrijfsterrein zelf, of er ligt een directe lijn tussen beide partijen. Dit betekent ook dat de energieproductie en -consumptie zich binnen dezelfde balanceringsgroep bevinden. Met een on-site PPA kunnen netkosten en energiebelasting verlaagd worden. De dimensionering van de centrale is gewoonlijk afgestemd op het verbruiksprofiel van de consument. Aangezien de elektriciteit die wordt opgewekt in een on-site PPA direct het verbruik van een bedrijf vermindert, zijn alle on-site PPA's ook Corporate PPA’s.
Een voorbeeld: Een industrieel bedrijf heeft een hal met een dak dat geschikt is voor een PV-installatie. Het bedrijf wil zijn kosten voor de inkoop van elektriciteit verminderen, maar wil de ontwikkeling van het fotovoltaïsch systeem, alsook de investerings-, project- en operationele risico's uitbesteden. Hierbij kan hij een on-site PPA afsluiten met een projectontwikkelaar die de zonnepanelen op het dak van de hal installeert en onderhoudt, waarbij de opgewekte elektriciteit aan hem verkocht wordt.
Bij een off-site PPA wordt de opgewekte elektriciteit via het publieke net aan de verbruiker geleverd. De elektriciteit wordt niet rechtstreeks geleverd aan de afnemer (zij neemt immers de elektriciteitsmix van het openbare net af), er is slechts een overeenkomst over de aankoop van een fysieke hoeveelheid elektriciteit zoals gedefinieerd in de PPA. Een bijkomende vereffening tussen de balanceringsgroepen van de elektriciteitscentrale en de consument is dus noodzakelijk.
Omdat de productie-installatie niet in de nabijheid van de stroomafnemer geïnstalleerd hoeft te worden, ontstaat er extra flexibiliteit, aangezien de exploitant van de installatie nu kan kiezen voor locaties met optimale omstandigheden of een bestaande installatie voor wind- of zonne-energie. Een centrale kan ook meerdere PPA’s sluiten met verschillende afnemers, welke een deel van de elektriciteitsproductie via hun balanceringsgroepen afnemen en betalen. De prijs voor de levering van elektriciteit is hierbij vastgelegd in de PPA, waardoor alle deelnemers een langdurige prijszekerheid hebben. Kosten en netvergoedingen worden evengoed aan de netbeheerder betaald. De Garanties van Oorsprong welke tijdens de productie van elektriciteit worden gegenereerd, kunnen en worden meestal overgedragen aan de klant.
Voorbeeld: een industrieel bedrijf in de haven van Rotterdam wil groene stroom afnemen en wil daarvoor niet afhankelijk zijn van de energiemix van zijn energieleverancier. Het bedrijf sluit daarom een off-site PPA af met een projectontwikkelaar in het noorden van het land. Deze bouwt een windmolenpark in Groningen en levert de contractueel overeengekomen hoeveelheden elektriciteit uit de totale productie aan het net. De energie die het industrieel bedrijf in Rotterdam niet uit het windpark haalt, krijgt het via zijn energieleverancier toegeleverd.
Een sleeved PPA is simpelweg een off-site PPA waarbij een energiedienstverlener verschillende processen overneemt en als tussenpersoon optreedt tussen de elektriciteitsproducent en consument. Zo neemt deze energiedienstverlener bijvoorbeeld de programmaverantwoordelijkheid op zich, voegt hij verschillende elektriciteitsproducenten en -of consumenten tot een portefeuille samen, levert of verkoopt hij respectievelijke de ontbrekende of overtollige hoeveelheden elektriciteit, stelt hij de voorspellingen op, verhandelt hij de Garanties van Oorsprong, of neemt hij bepaalde risico’s over van producent en/of afnemer (zoals onbalans-, profiel-, of kredietrisico’s).
Synthetische of virtuele PPA's ontkoppelen de fysieke stroom van elektriciteit van de financiële stroom en maken zo nog flexibelere contractuele regelingen mogelijk. In het geval van synthetische stroomafnameovereenkomsten komen producenten en consumenten een prijs per kilowattuur elektriciteit overeen, zoals bij fysieke PPA's het geval is. De elektriciteit wordt echter niet door de energiecentrale aan de consument geleverd. In plaats daarvan neemt de energiedienstverlener van de producent (bv. een elektriciteitshandelaar) de geproduceerde elektriciteit op in zijn balanceringsgroep en verhandelt deze, bv. op de EPEX-spotmarkt. De energieleverancier van de consument koopt voor de PPA-partner aan de consumentenzijde precies het feed-in profiel dat de producent aan zijn energiedienstverlener heeft geleverd, bijvoorbeeld door aankopen op de spotmarkt.
In de synthetische PPA wordt deze elektriciteitsstroom nu aangevuld met een zogenaamd Contract for Difference. In dit contract verbinden de PPA-partners zich om aanvullende financiële compensatiebetalingen te doen voor zover de spotprijs (die de producent uitbetaald krijgt door zijn energiedienstverlener, en de consument aan zijn leverancier betaalt) afwijkt van hun bilateraal overeengekomen prijs. Dit betekent dat elke PPA-contractpartner twee betalingsstromen heeft (één keer met zijn energiedienstverlener of leverancier en één keer met de andere PPA-contractpartner), die in elk geval bij de aan het begin vastgestelde PPA-prijs opgeteld worden en zo aan beide zijden de gewenste prijszekerheid bereiken.
Door het weglaten van een directe fysieke levering tussen de contracterende partijen, zoals in het geval van een on-site PPA, en het weglaten van een directe balansverbinding tussen de twee contracterende partijen, zoals in het geval van een off-site PPA, is deze vorm van PPA een eenvoudige en administratief goedkope vorm van PPA en is hierdoor bijvoorbeeld geschikt in het geval dat de energieproducent zijn eigen balanceringsgroep niet beheert of er geen wil opstarten.
Risicovermindering: PPA's zijn een doeltreffend middel om het risico van fluctuaties in energieprijzen te verminderen, met name voor exploitanten van installaties met hoge investeringskosten (CAPEX) en lage exploitatiekosten (OPEX) (bv. PV-installaties en windturbines). Een project kan eerder van de grond komen en winstgevend worden door een constante betaling voor geleverde elektriciteit en vertrouwen vanuit de projectontwikkelaar (en zijn geldschieters) dat de opbrengst van de verkoop van de elektriciteit de investeringskosten zal dekken. Daarnaast kunnen ook bepaalde risico’s overgedragen worden aan de afnemer.
Marketingwaarde: PPA’s hebben ook een marketingwaarde: fysieke levering van elektriciteit met bepaalde regionale kenmerken en de bijhorende garanties van oorsprong creëert kansen voor verbruikers om hun merk duurzamer en groener te maken.
Flexibiliteit: De openheid van het contractontwerp schept ook veel ruimte om rekening te houden met de individuele voorkeuren van de exploitanten van centrales en de elektriciteitsverbruikers. Dit geldt ook voor de prijsstelling: PPA's kunnen gesloten worden tegen vaste prijzen of er kan ruimte zijn voor flexibiliteit, waarbij een grotere deelname aan marktrisico's en opportuniteiten mogelijk is.
Complex: PPA's zijn complexe contracten waardoor het vaak veel tijd vergt om overeenstemming te krijgen over de voorwaarden. Dit maakt ook dat Corporate PPA’s in de eerste plaats door grote bedrijven afgesloten worden.
Lange looptijd: Aangezien PPA’s traditioneel langlopende contracten zijn, zijn beide partijen hierbij ook gebonden aan langlopende voorwaarden. In dit geval is het financieel risico groot: bij stijgende elektriciteitsprijzen loopt de producent mogelijks heel wat inkomsten mis, bij dalende prijzen doet de afnemer een slechte zaak.
Variabele productie: Verder zijn er volume- profielrisico’s gelinkt aan het variabele karakter van de productie van wind- en zonne-energie. Indien de overeengekomen hoeveelheid elektriciteit op het moment van levering niet beschikbaar is, moet de exploitant van de installatie dit financieel of fysiek kunnen compenseren, of uitbesteden aan een derde partij, zoals een elektriciteitshandelaar.
Meer informatie
Traditioneel worden PPA’s afgesloten voor langere duur (looptijden van tien tot vijftien jaar) en wordt een vaste prijs voor de afgenomen stroom afgesproken. Dit houdt steek voor hernieuwbare energieprojecten die niet onder een subsidiestelsel volgens het marktpremie model vallen, die helemaal geen subsidie krijgen, of waarvan de subsidietermijn verlopen is. Hernieuwbare bronnen hebben immers een grote CAPEX, maar een lage OPEX kost – er moet dus zekerheid zijn dat de grote initiële investering terug betaald kan worden over de levensduur van de installatie. Met de opkomst van subsidievrije windparken zit ook het aantal PPA’s in de lift in Europa.
In Nederland worden de meeste zonne- en windparken echter gebouwd onder de SDE-subsidieregeling. Dit werkt volgens een marktpremiemodel: de subsidie varieert mee met de markt en compenseert de onrendabele top. Daarenboven neemt ze het onbalans- en profielrisico van de hernieuwbare technologie op zich. Dit neemt de grote risico’s weg voor zowel de producent en de afnemer. Zolang de afnemer van de stroom kan garanderen dat de onbalanskosten niet groter zijn dan wat de overheid zelf inschat op basis van marktdata, heeft de projectontwikkelaar prijszekerheid en een stabiel inkomen.
Een PPA voor een SDE-installatie vereist daarom geen vaste prijs voor de geleverde stroom. Daarentegen wordt de prijs vaak vastgelegd op basis van de spotprijzen of de marktwaarde zoals vastgelegd in het zogenoemde SDE-correctiebedrag. Maar er zijn ook innovatievere prijsformules mogelijk.
Er is bovendien ook geen noodzaak om een overeenkomst voor de volledige duur van de lening aan te gaan. Zelfs wanneer de afnemer van de stroom om de paar jaar verandert, zijn stabiele inkomsten dankzij de SDE+ regeling verzekerd.
Nederland leent zich dus in de eerste plaats tot eenvoudigere PPA’s van korte duur en met een elektriciteitsprijs gebaseerd op het SDE-correctiebedrag of de EPEX-spotprijzen. Naarmate er meer subsidieloze parken gebouwd worden, zullen ook de ‘traditionele’ PPA’s hun weg in Nederland vinden.
Disclaimer: Next Kraftwerke neemt geen verantwoordelijkheid voor de volledigheid, nauwkeurigheid en actualiteit van de verstrekte informatie. Dit artikel dient uitsluitend ter informatie en is geen vervanging voor individueel juridisch advies.
Meer informatie en diensten